Vanuit een commercieel oogpunt bekeken, beleefde alternatieve rock begin jaren negentig zijn hoogtepunt. Niet alleen Nirvana en Pearl Jam verkochten veel cd’s, ook een relatief kleine groep als The Breeders bereikte een miljoenenpubliek. De band rondom Kim Deal ( Pixies ) was eind jaren tachtig begonnen als een hobbyproject zonder vaste samenstelling. Voor de opnames van Last Splash vroeg Kim haar tweelingzus Kelley om leadgitaar te spelen. Dat Kelley nog nooit een gitaar had aangeraakt was geen probleem. Geen wonder dat zij op de singles Divine Hammer, Saints en de hit Cannonball vooral hele simpele riedeltjes speelde. De lome licks waren echter even nonchalant als doeltreffend. Eigenlijk gold dat voor alle elementen van The Breeders en daarin lag de sleutel van hun populariteit. De buitenwereld waardeerde het enorm dat het kwartet maar wat deed en toch met hitgevoelige en stekelige pop kwam aanzetten. Dat Kim en haar kornuiten uren konden sleutelen aan geluid en songstructuren was minder bekend. Last Splash was een zorgvuldig in elkaar gepuzzeld mozaïek van indie, surf, punk en folk. Bij de latere albums van The Breeders vielen de stukjes nooit meer zo mooi op hun plek. (JE)