Foerster wordt in Tsjechië gezien als de 'vader van de Tsjechische muziek van rond de eeuwwisseling. Tegenwoordig worden zijn koorwerken nog regelmatig uitgevoerd, maar zijn orkestwerken zijn minder bekend gebleven. De inspiratie van zijn 4e Symfonie vond hij in de Bijbel. Goede Vrijdag en Paaszaterdag staan centraal. Het werk werd voor het eerst in 1905 uitgevoerd. In 1912 schreef Foerster zijn laatste symfonisch gedicht: "Lente en Verlangen" op. 93. In dit werk zijn o.a. invloeden van Mahler - die Foerster persoonlijk kende- te bespeuren. Dit is de cd-première van de symfonie die in 1968 werd opgenomen en die eerder op een plaat leverbaar was. De opname van het symfonisch gedicht werd in 1985 gemaakt en was al op een andere (Japanse) Supraphon-cd leverbaar. Uitvoerenden zijn de leden van het Praags Symfonie Orkest o.l.v. Vaclav Smetacek.(W.Z.)