Poulenc (1899-1963) schijnt zich meer dan eens afgevraagd te hebben of hij niet beter in de vijftiende eeuw geboren had kunnen worden omdat de polyfonie uit die tijd hem als het ware op het lijf geschreven stond. De nieuwe muzikale ontwikkelingen zijn echter ook niet aan Poulenc voorbij gegaan. Hoewel hij ook een polyfonist bleek, heeft hij zich in compositorisch opzicht niet laten leiden door het contrapunt van de 'oude meesters'. In zijn muziek is vrijwel geen imitatie- of fugatechniek te vinden. Poulenc was grootmeester in zijn eigen vernieuwende polyfonie die vaak een sonore klank oplevert. Een klank die opvallend veel overeenkomsten vertoont met orgelregisters en tevens rijk is aan variatie. Ook maakt Poulenc vaak gebruik van octaaf- en tertsparalellen die voor de zangers intonatiemoeilijkheden opleveren. Op deze cd staan enkele vocale werken. Grote dramatische kracht is te vinden in de "Quatre motets pour un temps de pénitence" (geschreven voor de Goede Week). Meer opgewekte klanken komen naar voren in de "Quatre motets pour le temps de Noël". De première van deze cyclus werd gegeven in Madrid door het Nederlands Kamerkoor o.l.v. Felix de Nobel. Ook zijn opgenomen: "Exultate Deo", "Salve regina" (beide werken werden gecomponeerd als een huwelijksgeschenk voor vrienden) en "Messe en sol majeur". De werken worden prachtig gezongen door het Rias Kammerchor o.l.v. Marcus Creed. (L.W.)_