Samen met Lortzing en Marschner behoort Otto Nicolai (1810-1849) tot een groepje van in de 19de eeuw tamelijk succesvolle operacomponisten, waarvan de roem weliswaar tot in de 20ste eeuw strekte, maar inmiddels volkomen is verbleekt. Nicolai's grootste succes was zijn opera "Die lustigen Weiber von Windsor" en het is dus niet helemaal onlogisch dat deze cd met orkestwerken van Nicolai met de ouverture hieruit wordt geopend. Hiernaast klinken nog twee ouvertures van opera's die al veel eerder in de vergetelheid raakten: "Der Tempelritter" en "Die Heimkehr des Verbannten". Verder klinkt nog een fraaie "Trauermarsch". Opmerkelijk aan Nicolai was dat hij, in tegenstelling tot zo ongeveer al zijn Duitse collega's, bewondering had voor de Italiaanse opera van zijn tijd en dientengevolge een soort ideaalbeeld ontwikkelde van een mengvorm van Duitse degelijkheid met Italiaanse lichtvoetigheid. Zijn bewondering uitte hij in stukken als de ruim een kwartier durende "Fantasie et variations brillantes über ein thema aus 'Norma'" voor piano en orkest, oorspronkelijk voor piano-solo geschreven. Friedrich Höricke (piano) neemt de solopartij voor zijn rekening, begeleid door het Kölner Rundfunkorchester onder Michail Jurowski, die de cd besluiten met de "Kirchliche Festouverture", die, hoe kan het ook anders voor een dergelijk stuk, gebaseerd is op "Ein feste Burg ist unser Gott". De uitvoerenden bewijzen dat Nicolai's muziek nog steeds het aanhoren waard is. (JvG)_