De carrière en latere reputatie van François Gossec (1734-1829) is, zoals zijn jaartallen al doen vermoeden, getekend door politieke gebeurtenissen. Hij was afkomstig uit een arm Waals gezin en leerde het muziekvak als koorknaap in Maubeuge en Antwerpen. In 1751 trok hij, op zoek naar faam, naar Parijs, waar hij zich de steun van adellijke families wist te verwerven. Die ondersteuning deed zijn carrière geen kwaad: hij klom op naar de hoogste posities. Na de Franse Revolutie wist Gossec zich te handhaven door zich geheel naar de eisen van het nieuwe regime te voegen; iets wat hij ook onder de latere heerschappij van Napoleon en zijn opvolgers zou doen. Gossec dankte zijn prominente positie echter niet alleen aan handig manoevreren rond machthebbers: hij was een origineel componist die zich vooral op instrumentale muziek en kerkmuziek toelegde. In 1770 publiceerde hij zijn Zes strijkkwartetten op.14, in 1772 gevolgd door een tweede bundel: de hier opgenomen Zes strijkkwartetten op.15. Deze publicaties behoren tot de eerste Franse bijdragen aan het genre van het strijkkwartet. Alle kwartetten zijn tweedelig en bestaan uit een allegretto-deel, gevolgd door een dans, een menuet of een ‘englese’ (anglaise). Het derde kwartet is het enige in een mineurtoonsoort en opent met een larghetto, waarvan het thema exact het begin van Bachs Musikalisches Opfer volgt. Hoewel het idee van een strijkkwartet als een dialoog van vier gelijke stemmen in deze stukken nog ontbreekt, zijn het ook geen typische ‘quatuors concertants’, want al beperken met name de middenstemmen zich tot begeleiding, de eerste viool heeft niet de dominante solorol die men dan zou verwachten. Op deze opname worden deze zelden gehoorde kwartetten fraai gespeeld door het Quatuor ad Fontes. De combinatie van hun spel en de fijnzinnige variëteit van Gossecs kwartetten, maken deze cd tot een aanrader voor kamermuziekliefhebbers. (JvG)