In 1801 stierf Domenico Cimarosa (geb.1749) vrij plotseling in Venetië, officieel door een kankergezwel in zijn onderbuik, volgens Stendhal ten gevolge van de barbaarse behandeling die hij in de gevangenis van Napels had moeten ondergaan. De componist had daar vier maanden in de cel gezeten wegens zijn sympathieën voor de Franse Revolutie. Cimarosa kreeg een waardige begrafenis met veel muziek. Op het programma stond onder andere het speciaal voor de gelegenheid gecomponeerde Concerto Lugubre voor viool en orkest van Luigi Gianella, een componist en fluitist over wie erg weinig bekend is. Het concert wordt op deze cd gespeeld door Guido Rimonda en het Orchestra Camerata Ducale. Het belangrijkste werk op het programma is echter Cimarosa’s komische intermezzo Il Maestro Di Cappella over een dirigent die zijn irritaties en genoegens uitspreekt tijdens een orkestrepetitie. De enige vocale partij in dit eenvoudig opgezette, sprankelende werk wordt vertolkt door de uitstekende bariton Enzo Dara, die ondermeer veel lof oogstte voor zijn deelname aan de Cenerentola-opname met Bartoli en Chailly. (CP)