Op 18 jarige leeftijd schreef Schubert een lied op de tekst "Der Liedler" van zijn schoolkameraad Franz Kenner. De "Liedler" (een term die in geen enkel woordenboek voorkomt) blijkt een rondtrekkende zanger te zijn, die vanwege zijn lage sociale status geen uitzicht heeft op een huwelijk met zijn geliefde. De zanger vertrekt naar het buitenland om soldaat te worden. Bij zijn terugkomst blijkt zijn geliefde van een ander te houden. Wanneer de bruidskoets echter wordt aangevallen door een weerwolf, weet de "Liedler" zijn geliefde te redden door het akelige beest een mep te verkopen met zijn harp. Deze actie kost hem echter het leven, omdat hij samen met de weerwolf in een ravijn stort. Hoewel we ons over het literaire gehalte van de tekst dus geen illusies hoeven te maken, heeft deze tekst toch een bepaalde melancholie, die door Schubert treffend in muziek is omgezet. Deze ballade (met een lengte van zo'n 15 minuten) is dan ook een favoriet van Robert Holl, die het lied op diverse recitals heeft gezongen. "Der Liedler" is ook de titel van een cd van Robert Holl met liederen van Schubert, waaronder "Am Bach in Frühlinge", "Viola", "Der Jüngling und der Tod" en "An die Musik". Over een eerder verschenen Schubert-recital van Robert Holl, "Schubert im Freundenkreis", schreef Maarten 't Hart in Luister: "Wat een durf om een dergelijke opname te maken! Beperk je je tot twee, drie liederen per luistersessie dan blijkt dit een van de opmerkelijkste Schubert-opnamen te zijn die ik in de laatste tijd ben tegengekomen". (H.J.)_