In 1638 maakten de Fransen in Venetië zich klaar voor een uitbundig feest: in hun vaderland was een kroonprins geboren, Lodewijk XIV. Bij een feest hoort muziek en de Franse ambassadeur gaf de 30-jarige componist Giovanni Rovetta de taak deze te verzorgen. De assistent van Claudio Monteverdi was blij met de opdracht, want zo kon hij eindelijk weer een grote verzameling van zijn werken publiceren. In 1639 verscheen zijn Messa, e Salmi Concertati opus 4, opgedragen aan de koning van Frankrijk. Natuurlijk wordt op de titelpagina bescheiden, maar expliciet, verwezen naar Rovetta's koninklijke opdracht. Zoiets staat nu eenmaal goed op een curriculum vitae. Uit de 1639-uitgave komen ook de vijf vesperpsalmen en het Magnificat. Het vocaal ensemble Cantus Cölln heeft niet geprobeerd om de feestelijke vespermis te reconstrueren, maar de muziek is wel kenmerkend voor de kerkmuziek uit die tijd: een afwisseling van solo's, duetten, koren en instrumentale tussenstukken. De drie motetten op het programma zijn genomen uit Rovetta's Motetti Concertati opus 3. (CP)_