De "Symphonia domesctica" uit 1903 is een van de werken waarmee Richard Strauss zijn privé leven op muzikale wijze tentoonstelde. Het werk schildert een dag en een nacht van het gezin Strauss. In de eerste sectie van dit werk worden de drie leden van het gezin, vader, moeder en kind, aan ons voorgesteld met behulp van drie thema's. In de tweede sectie horen we hoe het kind speelt en uiteindelijk naar bed wordt gebracht. In de derde sectie is het publiek ongevraagd getuige van een liefdescène tussen de componist en diens echtgenote. De vierde en laatste sectie schildert het begin van een nieuwe dag. Menig luisteraar heeft zich gegeneerd gevoeld door het symfonische geweld waarmee het doorsnee geluk van deze Beierse familie publiekelijk werd gemaakt. Zo reageerde Strauss' vader met de opmerking dat geen mens zoveel herrie in zijn huis kan verdragen. Nog scherper was dirigent Hans Richter, die opmerkte dat zelfs de ondergang van het Walhalla door een watervloed (een verwijzing naar het slot van Wagners' "Gotterdämmerung") niet zoveel leven veroorzaakt als het geklieder van een Beiers kind in bad. Vanwege de meeslepende muziek hoeven we het beluisteren van deze huiselijke symfonie echter niet te laten. De "Symphonia domestica" verscheen op cd in een uitvoering van het Tsjechisch Filharmonisch Orkest onder leiding van Vladimir Ashkenazy. Deze cd bevat tevens Strauss' vroege meesterwerk "Don Juan" uit 1888. (H.J.)_