In Spanje hoort German Beigbeder (1882-1968) bij de generatie van de 'maestros', de nationale componisten van de jaren tachtig van de negentiende eeuw, die internationaal doorbraken met hun van Spaanse folklore doordesemde muziek. Beigbeder, van Franse afkomst, was eigenlijk voorbestemd om het familiebedrijf (Beigbeder is ook een bekend sherrymerk) voort te zetten, maar koos voor de muziek, zij het gecombineerd met een carrière bij de Spaanse marine. Op deze cd klinken de Caprichos de España, een vierdelige suite van Spaanse dansen, Campos Andaluces, een symfonisch gedicht uit 1928, en Jerez, een vierdelige Suite voor gitaar en orkest die door de erven is samengesteld uit losse stukken die in de periode 1920-1948 zijn geschreven. Van begin tot einde hoort men de typische melodiewendingen en ritmes die ook uit het werk van Granados, Turina en Albeniz bekend zijn. Beigbeders beheersing van het handwerk staat buiten kijf, maar gezegd moet worden dat zijn muzikale confrères met dit idioom verrassender resultaten behaalden. Dat neemt niet weg dat dit heel plezierige muziek is, waaraan liefhebbers van kleurrijk orkestrepertoire ongetwijfeld genoegen zullen beleven. (JvG)