De streek Chocó is Colombia’s eigen Afrika. Het volk is daar overwegend gekleurd en straatarm. De hoofdstad van het gebied, Quibdó is de thuisbasis van de band Choc Quib Town. Nominaties voor Latijnse Grammy’s hebben ervoor gezorgd dat de band de rest van de wereld wil verblijden met hun mengelmoes van Pacifische volksmuziek, hiphop, funk en een bescheiden scheutje Caribische muziek. De plaat Oro moet Choc Quib Town ook in Europa bekend zien te maken. Een redelijke doelstelling gezien de populariteit in Latijns Amerika. Oro zit vol boodschappen over armoede en geweld, maar de frontvrouw van de groep, Goyo, wilt ook de mooie kanten van Colombia belichten. Er is namelijk meer dan alleen drugs en koffie. Net zo kenmerkend is de mooie, opzwepende muziek. Zo zijn er zeer vrolijke xylofoonklanken en blaassecties, op een plaat die toch een tamelijk serieuze insteek heeft. De band waagt zich zelfs aan zwoele dancehall. Oro is, ondanks de serieuze ondertoon, een prima aankondiging van een hete zomer. Europa mag de teenslippers, zonnebrillen en korte broeken uit de kast halen. (GL)