Wat Édith Piaf was voor Frankrijk, dat was Maria Tanase voor de Roemenen: zelfde generatie, vergelijkbaar repertoire en een kort, moeilijk leven. Tanase (1913-1963) was de meest geliefde zangeres in het Roemenië van de jaren dertig, toen het stijlvolle Boekarest de bijnaam ‘Parijs van het Oosten’ verwierf. Ook na de oorlog nam Tanase nog liedjes op, maar haar diva-verschijning viel slecht bij de communistische machthebbers, die hun best deden haar dood te zwijgen. De jonge Roemeense zangeres Oana Catalina Chitu is al sinds haar vroege jeugd dol op Tanases muziek. Nadat ze naar Berlijn verhuisde werd het verlangen naar Tanase alleen maar groter. Ze stelde een band samen met een aantal andere Oost-Europese expats. Het doel: iets van Tanases vooroorlogse grandeur terug brengen. Met de looks (parelketting, krulspeldenkapsel) zit het goed en ook muzikaal weet Chitu te overtuigen. Haar muziek is een intrigerende mix van chanson, zigeunermuziek en swingjazz die nostalgische gevoelens oproept naar een verdwenen wereld. (PdK)