Negen raven laat de onheilspellende, ontroerende, soms humoristische obsessies zien van normale mensen. Een arts geeft met gereedschap afkomstig uit zijn eigen keukenla een demonstratie van vooruitgang in de geneeskunde. Een meisje verstopt zich in de kruipruimte van het huis, maar lang houdt ze het daar niet vol. Een jongeman is in afwachting van een joodse postzegelhandelaar die hem iets heel speciaals gaat laten zien. En er wordt een stukje genadeloze vaderlandse geschiedenis beschreven met behulp van de snorhaar van een tijger. Een goed verhaal, bewijst deze bundel van Willem Jardin, is als een raaf: mooi, intelligent, sociaal enerzijds, duister, gemeen en hongerig anderzijds. Op het snijpunt van goed en kwaad beschrijft Negen raven de onveranderlijke menselijke conditie. Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie