Josephus Henricus Maria Souverijn Chemie van de mens voor medisch ondersteunende beroepen
Gedrukt boek
Voorwoord – 1 Inleiding in de chemie – 1.1 Moleculen en atomen – 1.2 Atoomnummer, atoomgewicht en isotopen – 1.3 Het Periodiek Systeem der Elementen – 1.4 Radioactiviteit – 1.5 Edelgasconfiguratie en vorming van ionen – 1.6 De bouw van moleculen en chemische binding – 1.7 Chemische symbolen en formules – 1.8 Chemische reacties – 1.9 Het begrip ‘mol’ – 1.10 Moleculen en oplosbaarheid – 2 Zuren, basen en pH – 2.1 Zuurgraad pH – 2.2 Buffering van de pH – 2.3 Evenwicht tussen gesplitst en ongesplitst bij zuren en basen – 2.4 Reacties tussen zuren en basen - 2.5 De regeling van ‘bloedgaswaarden’ – 2.6 Compensatiemechanismen – 2.7 Voorbeelden van verstoord zuur-base-evenwicht – 2.8 De regeling van de pH van hersenvocht – 2.9 De aniongap – 3 Getallen in de chemie – 3.1 Dimensies – 3.2 Verdunningen – 4 De mens als chemische fabriek – 4.1 De klinische chemie – 5 Koolhydraten – 5.1 Draaiing van licht – 5.2 Samengestelde suikers – 5.3 Fotosynthese – 5.4 Het metabolisme van koolhydraten – 5.5 Het gebruik van koolhydraten – 5.6 Bewaking van het glucosegehalte in het bloed – 5.7 Laboratoriumonderzoek metabolisme koolhydraten – 5.8 Insuline als geneesmiddel – 6 Vetten – 6.1 Vetzuren – 6.2 Triglyceriden en fosfolipiden – 6.3 Glycolipiden – 6.4 Prostaglandines – 6.5 Steroïden – 6.6 Ketonlichamen – 6.7 Taken van vetten – 6.8 Essentiële vetzuren – 6.9 Transport van vetten: HDL en LDL – 6.10 Laboratoriumonderzoek naar vetten – 6.11 Metabolisme van vetten – 6.12 Cholesterol – 6.13 Cholesterolverlagende geneesmiddelen – 7 Eiwitten – 7.1 Bouwen van eiwitten – 7.2 De stikstofcyclus – 7.3 Structuur van aminozuren en eiwitten – 7.4 Metabolisme van eiwitten – 7.5 De functie van eiwitten – 7.6 Laboratoriumbepalingen van eiwitten – 7.7 Laboratoriumtests – 7.8 Colloïd-osmotische druk – 7.9 Enzymen – 7.10 Eiwitten als merkers – 8 De stolling van het bloed – 8.1 Extrinsieke en intrinsieke stolling – 8.2 Bepaling APTT – 8.3 Bepaling PT en INR – 8.4 Stoffen die de stolling van het bloed beïnvloeden – 9 De energievoorziening van het lichaam – 9.1 Brandstofgebruik – 10 Kwalitatief urineonderzoek – 10.1 Eiwit in urine – 10.2 Ketonlichamen – 10.3 Leveronderzoek in urine – 10.4 Synthese van hemoglobine – 10.5 De dichtheid van urine – 10.6 Hemoglobine in urine – 10.7 Het sediment van urine – 11 Hematologie – 11.1 De aanmaak van cellen – 11.2 De erytrocyten – 11.3 Het bepalen van het Hb-gehalte – 11.4 Het bepalen van de hematocrietwaarde – 11.5 Het tellen van de erytrocyten – 11.6 IJzer meten in het lichaam – 11.7 De bezinkingssnelheid van erytrocyten – 11.8 De methode van Westergen – 11.9 Leukocyten – 11.10 Trombocyten – 12 Bloedgroepen – 12.1 Irregulaire antistoffen – 12.2 Incomplete antistoffen – 12.3 Rhesussysteem en incomplete antistoffen – 13 Hormonen – 13.1 Structuur van hormonen – 13.2 Metabolisme en werking van hormonen – 13.3 Hormoonproducerende klieren – 14 Vitamines op alfabetische volgorde – 14.1 Vitamine A – 14.2 Vitamine B – 14.3 Vitamine C – 14.4 Vitamine D – 14.5 Vitamine E – 14.6 Vitamine K – 15 Genetica – 15.1 DNA – 15.2 Chromosomen – 15.3 Erfelijkheid – 15.4 Chemotherapie – 16 Betekenis van een uitslag – Bijlage: Index van bepalingen met referentiewaarden – Register