In tijden dat Nashville-kitsch, met of zonder knipoog, weer volop wordt omarmd, is het goed dat outlaw countryartiest Steve Earle er nog is. Een singer/songwriter die zich verre houdt van ironie en altijd gedreven is in wat hij doet. Daarbij heeft hij net zo veel met countrymuziek als met folk en rock. Zijn sparring partner op Colvin & Earle is Shawn Colvin , in Nederland wellicht alleen bekend in americanakringen maar een grote in Amerika. Haar album A Few Small Repairs (1996) behaalde daar moeiteloos platina. Nu haakt zij in bij de ruwe bolster, blanke pit-aanpak die met name de laatste albums van Earle zo kenmerken. Colvin & Earle klinkt alsof het duo hooguit een middagje heeft samengespeeld. Zo goed mengt hun zang niet altijd, alsof zij nog niet klaar waren voor de opname maar door moesten naar de volgende song. Gelukkig zijn die songs, zoals een intieme versie van Ruby Tuesday van de Stones , wel sterk. Aan integriteit geen gebrek, maar wat wellicht bedoelt was als een ruwe parel, klinkt in werkelijkheid iets te gehaast en onaf. (MR)