Uit een legende over het eiland Man leren we dat de tovenaar Mananan de macht bezat om een mantel van nevel om het eiland te kunnen weven zodat het, indien nodig, voor de vijanden onzichtbaar werd. De bewoners van dit mooie, met purperen heide en gouden brem begroeide eiland, verkeerden daardoor in de overtuiging dat geen enkele invaller het eiland kon benaderen. Zo konden de Vikingen, met de hulp van Mananan, in de tiende eeuw het land zonder slag of stoot veroveren. Hun leider, Orry de Deen, werd tot eerste koning van Man uitgeroepen. Het openingsmotief van de rapsodie schildert het eiland rustig liggend onder Mananans mantel, totaal onkundig van de landing van de Vikingen, welke voorgesteld wordt door het daaropvolgende levendige deel van het werk. Het besluit met een grandioze herhaling van het openingsmotief dat de tevredenheid en voorspoed die zich ontwikkelde onder de regering van de nieuwe monarch, weergeeft
Meer informatie
Je leent deze bladmuziek bij je eigen Bibliotheek. Vul de vier cijfers van je postcode in en vind je Bibliotheek.