Valse Triste is één deeltje uit de toneelmuziek die Jan Sibelius schreef bij het werk Kuolema (de dood) van Jänerfelt. De muziek begeleidt de volgende scène: Het is nacht. Uitgeput door het lange waken bij het sterfbed van zijn moeder is de zoon in slaap gevallen. Beetje bij beetje wordt de kamer gevuld met een roodachtig licht. In de verte horen we een hemelse muziek, eerst zeer vaag maar weldra kunnen we een melodie onderscheiden met het ritme van een wals. De zieke vrouw ontwaakt en ontdekt aan het voeteinde van haar bed een mysterieuze figuur die haar teken doet om op te staan. De vrouw staat op in haar lang, wit slaapkleed. De figuur doet een teken en weldra verschijnen er dansende schimmen. De zieke wordt meegesleurd in de draaikolk van de wals. Tevergeefs probeert ze de aandacht te trekken van de dansers maar de paartjes gaan haar als schaduwen voorbij. Uitgeput valt ze neer op haar bed, het rode licht gaat uit, de muziek stopt en de dansers vervagen als in een mist. Maar de vrouw verzamelt al haar krachten en begint opnieuw te dansen op een nog wildere manier dan voordien. We horen dezelfde melodie, de dansende schimmen komen weer tevoorschijn en draaien om haar heen. Wanhopig probeert ze hun gelaat te herkennen maar ze verdwijnen allemaal uit haar gezichtsveld. Plots hoort men kloppen op de deur. De dansers verdwijnen. De vrouw wilt met hen mee vluchten maar ze blijft als aan de grond genageld staan. Versteend van de schrik durft ze niet naar de deur kijken. Tenslotte draait ze zich met haar laatste krachten naar de deur toe en slaakt een ijzingwekkende kreet wanneer ze het gezicht van de dood herkent
Uit de muziek voor Arrid Jrnefelt's drama "Kuolema
Tijdsduur: ... min
Je leent deze bladmuziek bij je eigen Bibliotheek. Vul de vier cijfers van je postcode in en vind je Bibliotheek.