Sam Swan, de man die eenzaam op zijn paard langs de Awahi rivier rijdt, is bang voor Indiaanse achtervolgers. Het gebied wemelt van Pina- en Sioux Indianen, die elkaar op leven en dood bestrijden. Plotseling komen dne ruiters vanachter de kale hellingen te voorschijn. Wanhopig zoekt Sam dekking. De ruiters blijken Buffalo Bill, Scot Oliver en Kid Cardouche, die op verkenning zijn voor de spoorwegmaatschappij. Aangekomen in Fort Heller, raken Buffalo Bill en zijn helpers betrokken bij een brutale goudroof. Het ongelooflijke gebeurt. Buffalo Bill, Kid Cardouche en Scot Oliver vallen in handen van de woeste bandiet Byrl Bellinger. Ze worden als gijzelaars meegevoerd. Het wordt een lange, lange weg vol gevaar dwars door het gebied waar Indianen jacht maken op iedere blanke. Bij de gouden totempaal, de heilige plaats van de Sioux Indianen, valt de beslissing... Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie