De periode 1986-1992 staat te boek als de Golden Age of Hiphop. New Yorkers als Eric B & Rakim , Public Enemy en De La Soul creëerden allemaal hun eigen niche met hiphop die bol stond van muzikaliteit en ideeën, voor de gangstarap van de westkust de heerschappij overnam. In het staartje van de Golden Age bracht A Tribe Called Quest zijn eerste drie, veelgeroemde platen uit. De niche van het viertal uit Queens waren jazzy beats, onder de hogeschoolraps van Q-Tip (de relaxte) en Phife Dawg (de vurige). Getuige dit zesde en allerlaatste groepsalbum, dat 18 jaar na voorganger The Love Movement verschijnt, staat die formule nog kaarsrecht overeind. Gastbijdragen van Jack White en Elton John (naast usual suspects als Kendrick Lamar en Kanye West ) maken al duidelijk dat dit niet het zoveelste standaard-hiphopplaatje anno 2016 is. Creativiteit en plezier spatten er een uur lang vanaf, hoewel de opnames werden overschaduwd door het overlijden van Phife (45) aan de gevolgen van diabetes. Hij bedacht de albumtitel en hoewel zijn bandgenoten er niets van begrepen, hielden ze ‘m in ere. (RME)