Lehár schreef een dertigtal operettes. Veel succes boekte hij met Die lustige Witwe (1905), Der Graf von Luxemburg (1909) en Das Land des Lächelns (1929). Hij wordt beschouwd als een van de meest populaire componisten van het licht klassieke genre en opvolger van Johann Strauss jr en Franz von Suppé. Die lustige Witwe beleefde onder leiding van Robert Stolz een succesvolle première in Wenen. Spoedig zouden de operahuizen in Londen en New York het werk eveneens laten uitvoeren. Het verhaal speelt zich af in het Parijs van begin 19e eeuw. Graaf Dalino ontmoet zijn vroegere liefde Hanna, ooit een berooide vrouw, maar nu een schatrijke weduwe. De graaf kon vanwege standsverschil niet met haar trouwen. Als de twee elkaar weer ontmoeten wordt het liefdesvuur weer aangewakkerd. Ondanks Hanna’s gevoelens jegens de graaf is zij op haar hoede, omdat zij bang is dat het hem alleen om haar miljoenen te doen is… Het duet Lipen schweigen is een wals in een zeer romantische sfeer gezongen door Hanna Glawari en graaf Danilo, de twee hoofdrollen in deze operette.
Meer informatie
Je leent deze bladmuziek bij je eigen Bibliotheek. Vul de vier cijfers van je postcode in en vind je Bibliotheek.