Mozart droeg de Strijkkwartetten nrs.14-19 op aan zijn vriend en oudere vakbroeder Haydn. ‘Papa Haydn’ was met zijn 68 kwartetten de stamvader van het genre. Daarbij ging het niet alleen om kwantiteit, maar ook om kwaliteit. Haydn definieerde het strijkkwartet als een gesprek tussen vier gelijkwaardige partners, alsof het een dubbelspel tennis is. Mozart volgde deze lijn van speelse wederkerigheid. Luister maar naar het Kwartet nr.18, waarbij de spelers vrijwel vanaf het begin elkaar de bal toespelen. Mozart beschouwde zichzelf trouwens ook als een vader. Het was alsof hij met deze zes kwartetten zijn kinderen de wereld instuurde. Het is een klein decennium geleden dat het Cuarteto Casals de helft van het zestal opnam. De nieuwste cd bevat de resterende drie (nrs. 15, 17 Jagdquartett, 18). (HJ)