Voor zijn Ouverture 1812 inspireerde Tschaikowsky zich op een zeer belangrijk moment van de Russische geschiedenis nl. de smadelijke terugtocht van de Franse legers geleid door Napoleon in 1812. De ouverture werd gecomponeerd voor de inwijding van de Verlosserskerk te Moskou. Deze kerk werd gebouwd ter herinnering aan die veldtocht. De ouverture was in feite bestemd om in openlucht te worden uitgevoerd. Kanonnen en grote massakoren waren er bij voorzien. In de concertzaal worden die weggelaten. Het is een volks werk. Een pakkende schildering van een geschiedkundige gebeurtenis: het aanvankelijk succes van het Franse leger maar dat uiteindelijk dan toch niet opgewassen bleek tegen de harde, barre Russische winter. Uitgeput werd het tenslotte door de Russische kozakken verslagen. Plan van het werk: - Het werk begint met een zwaarmoedig thema (Russisch nationaal lied ten tijde van de Tsaren). Hier is het een gebed van het Russische volk om een goede afloop van de oorlog te vragen. - Een paukenslag zet de eerste fase van de strijd in. Het zijn nog maar de eerste gevechten. De strijd blijft onbeslist. - Een nieuwe strijd laait op. Nu horen we regelmatig flarden van de Marseillaise. Napoleon is aan de winnende hand. - Een lyrische passage. De Russen bidden om de overwinning. - Weer verwoede gevechten. - Terug de lyrische passage. - De hoorns, die de inzet van de Marseillaise spelen, geven een aanduiding dat de strijd nu in alle hevigheid losbarst. Het Franse leger wordt nu ook door de barre winter getroffen. Velen zullen van koude en ontbering sterven. Ten lange laatste wordt Napoleon's leger omsingeld, een spiraalvormig dalend motief, unisono gespeeld op het eind vertragend. - Terug het Russisch Nationaal lied, nu echter triomfantelijk met de overwinningsklokken en de vreugdeschoten van de kanonnen. Een uitbundige overwinningsroes van het hele volk
Meer informatie
Je leent deze bladmuziek bij je eigen Bibliotheek. Vul de vier cijfers van je postcode in en vind je Bibliotheek.