Ze groeide op in Michigan, maar Esther Rose trok naar New Orleans om aansluiting te vinden bij de alt-countryscene van die stad. Op haar voorgaande album How Many Times (2021) rekende zij af met haar muzikale en persoonlijke breuk met Luke Winslow-King in songs die dicht tegen traditionele country en honky tonk aanleunden. Voor opvolger Safe To Run trok de rusteloze Rose naar Santa Fe in New Mexico, om met een schone lei te beginnen, zo lijkt het. Op Safe To Run presenteert zij zich meer als een singer-songwriter met vertellende songs die tegen indie-folk en countryrock met een vleug Laurel Canyon aanschurken. Rose heeft een koele stem en toont nergens valse emoties of ander gesnik. Ze doet haar verhaal en dat is haar kracht. Tegelijk klinkt Safe To Run wat eenvormig, met raspende akoestische gitaren die worden omlijst met steviger elektrisch gitaarspel en een dankbare pedal-steel. (MR)